17 februari 2007

Mijn vader werd 90 jaar


Jan D. Riethof (*1917), 20 januari 2007

Ik ga steeds meer op hem lijken.
Dat kun je op deze blog goed zien.

Jan Dirk Riethof werd geboren in Schiedam op 20 januari 1917 als derde zoon van Jan Riethof en Elisabeth den Uyl (inderdaad, familie van -). Zijn vader was gepensioneerd ex-KNIL*)-militair die zich moest behelpen met fragiele baantjes als portier en museumbewaker.
Hij groeide op in Utrecht onder armelijke omstandigheden.
Via de Mulo, wist hij toch HBS-B af te maken, maar kon wegens geldgebrek niet naar Delft om daar bouwkunde te studeren. Het werd de MTS.
Wat ook nogal tegen de familietraditie inging: Hij werd lid van de Arbeiders Jeugd Centrale (AJC, zie WikiPedia), de sociaal-democratische jeugdorganisatie, opgericht door Koos Vorrink e.a. naar het voorbeeld van de Duitse Wandervögel.
Daar leerde hij mijn moeder kennen en daaruit heeft hij ook zijn hele leven inspiratie geput voor zijn politieke en culturele standpunten.

Stadsontwikkeling in Amsterdam
In het verlengde van dergelijke ideeën over natuur, optimisme, gemeenschap en respect voor anderen, lag het 'Nieuwe Bouwen', de stroming in de architectuur en de stedebouw (urbanisme) die met kracht elke nostalgie verwierp en stadsplanning plus woningbouw wilde ontwikkelen vanuit strikt rationele gezichtspunten, zoals: orientatie van woongebouwen op de bezonning, functiescheiding tussen wonen, werken, recreatie en verkeer.
Brandpunt van deze stroming in Nederland was de sector Stadsontwikkeling van de Amsterdamse gemeentedienst der Publieke Werken.Voordat mijn vader daar als tekenaar aan de slag ging, had de gemeente al een bijzonder volledig Algemeen Uitbreidingsplan ontwikkeld, geheel volgens de principes van het 'Charter van Athene' en op wetenschappelijke leest geschoeid: de afdeling 'Survey' produceerde aan de lopende band statistieken en daarop gebaseerde berekeningen, die de grondslag vormden van het ruimtelijk beslag en de stedebouwkundige ordening. Anders dan meestal bij dergelijke plannen het geval is, is dit AUP tot diep in de zestiger jaren vrijwel naar de letter uitgevoerd. Ondanks de schokken van de Tweede Wereldoorlog en de woningnood erna. Je kunt zelfs het bouwen in de zeventiger jaren in de Bijlmermeer, niet voorzien in het AUP, zien als een extrapolatie van de AUP-beginselen, zij het tot in het absurde doorgevoerd.

Dichtbij de 'groten' van het Nieuwe Bouwen (mej. Mulder, Ir. Van Lohuizen, Ir. C. van Eesteren [zie korte biografie tgv NAi "De Regie van de Stad'], enz.) ontwikkelde mijn vader zich tot hoofd van een onderzoekafdeling binnen de survey van Stadsontwikkeling. Er werd verkeer geteld, er werden vierkante meters ruimtebehoeften aan sportterreinen uitgerekend - ik heb het een beetje meegemaakt, als ik als middelbare scholier vakantiebaantjes vervulde op "zijn" afdeling.

Weigering van de vertrutting in de stedebouw...
Een grote schok in zijn werkzame leven, betekende de terugkeer naar een ouderwetse en meer intuïtieve vorm van bouwen en stadsplanning rond het midden van de zeventiger jaren in Amsterdam. Functionele patronen werden verstoord door 'inbreiding', nieuwe woonbuurten werden ontworpen als replica's van oude Ijsselmeerstadjes, korte-termijnbeslissingen vervingen de zorgvuldige meerjarenplanning. Stadsontwikkeling werd feitelijk opgeheven, onderzoeksfuncties gingen naar een bestuursdienst, die bij de (politieke) dag leefde en ondergeschikt was aan wisselende modes en bestuurlijke persoonlijkheden.

Toen hij 62 jaar was, hield hij er plotseling mee op: Vervroegde pensionering was toen nog een goede optie. Dat was 28 jaar geleden - een mensenleeftijd. Van zijn plannen om te publiceren over de geschiedenis van Stadsontwikkeling kwam weinig terecht. Er waren veel andere zorgen. Langzamerhand werd het gepensioneerde leven gevuld met de activiteiten in een hechte groep van oud-AJCers, in het begin vooral uit Utrecht. Het waren mensen van de generatie van mijn ouders, of iets ouder. De meesten van hen zijn nu overleden.

Oud worden in een zich verhardende samenleving
Een zwakker wordende gezondheid, vereenzaming, verlies van functies slaan nu toe. Toegang tot een plek in één van de bejaarden- en verzorgingshuizen in Amsterdam, die mijn vader zelf zo zorgvuldig had helpen plannen, is er helaas niet van gekomen. Met hulp van mijn drie broers en hun gezinnen, die verspreid in Nederland wonen, en -sinds kort- met die van de wijkverpleging**), wordt een stukje leven in stand gehouden.

Het is bijna een hele eeuw, die u met een onhandig gebaar groet.
Uiterlijk lijk ik op hem. Maar ik knok ervoor, om anders oud te (kunnen) worden.


Update 3.4.08:

05 februari 2007

Nieuw kabinet: Bos erin, Balkenende eruit

Zoals Marc Chavannes (veel internationale ervaring, jarenlang correspondent in Frankrijk en in Washington - boeken erover geschreven) zaterdag in de NRC schrijft, de PvdA is een PvB geworden. De Partij van Bos.

De PvdA=PvB heeft nog een heel alfabet af te werken
Maar het probleem is niet, of Bos er goed aan doet, als minister van Financiën in het kabinet te gaan zitten. Als er in de PvdA niemand anders is dan Wouter Bos, om de fractie te leiden en de hervorming van de partij verder te zetten, is het treurig gesteld. Maar zo erg is het nog niet. Er zijn genoeg mensen beschikbaar om het schetsmatige en oppervlakkige program van Delft verder uit te bouwen tot een modern, stevig, progressief program dat vooruitziet in de wereld van een eenwordend Europa, de gevaren van marginaliseren van hele bevolkingsgroepen bestrijdt, enz.

Het komende kabinet
Een kabinet met een (groter) CDA en de wel sociaal-progressieve-, maar ethisch-conservatieve-, ChristenUnie, is intussel wel ongeveer het denkbaar slechtste uitgangspunt voor een herleving van een gemoderniseerde sociaal-democratische politiek in Nederland.
Ik heb er hier eerder voor gepleit, dat de PvdA zou 'inbreken' (stijl-Burger, 1973) in het CDA, om de aldaar sterk aanwezige-, maar de laatste jaren in verschillende hoeken gedrongen-, 'sociale' vleugel aan te spreken voor een inspirerend regeringsprogram. Het gezamenlijke gewicht van PvdA, Groen-Links en de CU, zoals dat in het begin van de formatie gestalte kreeg, had daarbij een doorslaggevende rol kunnen spelen, zelfs als de beide laatsten uiteindelijk niet in de regering zouden zijn gekomen.

Geen inhoudelijke discussie over Balkenende's program en persoon
Daartoe had men de positie van Balkenende ter discussie moeten stellen.
Dat lijkt gezochter dan het is. Balkenende heeft immers van zijn voorkeur voor doorregeren met de VVD, om zijn 'hervormingen' af te maken, nooit een geheim gemaakt. Bij de nederlaag van zijn coalitie, op 22 november 2006, echter, vertoonde zijn partij een triomfalistisch tv-spektakel, de US-Republikeinen waardig: Onder een regen van confetti (ticker-tape), daalde het Balkenende-paar de trappen af. "Wij zijn de grootste!" Ondanks het eigen verlies van ettelijke zetels. Ook bij het daaropvolgende partijleiders-gesprek voor de TV, verkeerde de Balk nog in een triomf-stemming: "Wij nemen de leiding in de formatie en u hebt maar af te wachten, waarmee we komen!" Bos liet het gelukkig niet helemaal over z'n kant gaan en wierp de SP in de strijd, wier winst zelfs door Balkenende niet te negeren viel.

Balkenende stond immers voor een program, een onaanvaardbaar program, dat hij alleen met behulp van VVD en PVV zou hebben kunnen doorvoeren. Had Balkenende zich ooit duidelijk van de ideeën en praktijken van Verdonk gedistantiëerd? - Daarmee kwam de volgende kans om met hem af te rekenen: Toen de Kamer in nieuwe samenstelling haar in feite wegzond.
Balkenende (en de griezel Verhagen, die nu waarschijnlijk als buitenland-minister de wereld onveiliger gaat maken), hadden aan hun programma gehouden moeten worden.

Strategie-debat ontaardt in poppetjes-discussie
Maar, en dat illustreert de zwakte die de PvdA heeft overgehouden van het Fortuyn-débacle, de pijlen richten zich op Bos, die in een onbewaakt moment verklaard heeft, dat hij geen minister wil zijn 'onder Balkenende'. Als hij het kabinet in gaat, zal hem dat worden nagedragen. Dat is niet eerlijk: Aan de leiders van SP en van Groen-Links wordt het tegengestelde verweten. Het is het één of het ander. Maar als Balkenende en zijn partij Bos zo graag in het kabinet willen hebben, had die laatste kunnen verklaren: "Maar niet onder Balkenende!" Er zijn nog genoeg andere minister-presidentiabelen in het CDA. Wijffels zelf bij voorbeeld. Dat Balkenende aan zijn positie vasthoudt, is een on-antirevolutionaire, on-gereformeerde, ja: hoogmoedige houding.
Hoe komt dat?

Balkenende als premier van een progressief kabinet is een anomalie.
Hij vormde zijn sociaal-economische inzichten in de negentiger jaren, tijdens de 'tocht door de regeringsloze woestijn' van het CDA, in een denktankje met uiterst conservatieve economen. Z'n voorkeur voor de communautaristische ideeën van Amitai Etzioni is daarmee niet in tegenspraak. Integendeel: Als maatschappelijke groeperingen zich bezighouden met het 'kleingoed', alles 'samen' doen, komt er meer ruimte voor de 'grote' politiek over hun hoofden heen. Dat is de manier waarop zijn grote Amerikaanse voorbeeld 'zijn' beweging runt: Autoritair. "Houd je met je eigen zaken bezig!" voegt hij geregeld zijn volgelingen toe, als ze zich wagen aan het voorstellen van een meer brede visie. Het is communautaristisch conservatisme.

Gereformeerd élitisme à la Kuyper tegenover randpopulisme
Een dergelijke elitistische houding vinden we ook, als restant van het Heideggeriaanse denken, bij een verlichte politieke filosoof als Hannah Arendt. Het 'sociale' is bij haar zaak van zelf-regering door de massa. De grote beslissingen moeten worden genomen in de areopaag van denkers en het materiële ontstegen politici. Deze scheiding tussen 'eigen verantwoordelijkheid' in het 'sociale' (bij Balkenende, - niet bij Arendt -, vertaald naar 'marktwerking') en elitaire verantwoordelijkheid in het 'politieke', is reactionnair en geheel "on-Bos".

De laatste immers, laat zich steeds voorstaan op de directe relatie die hij legt tussen wat hij 'in het land' hoort en de grote politieke beslissingen. Dat dat sterk neigt naar opportunisme, politieke stilstand en populisme, komt doordat Bos blijkbaar niet genoeg aan de mensen te vertellen heeft, om hun te helpen, de grenzen van het mogelijke, dan wel de consequenties van wat ze à l'improviste debiteren, duidelijk te maken. Daardoor zeggen ze hem van die vreselijke dingen, bij voorbeeld over immigranten. En daarom geeft hij die, nauwelijks gefilterd door humanisme, door.

Voor een fors debat over communautair conservatisme tegenover democratische inspraak (mits die een dialoog is)
Maar de oriëntatie op een politiek, hoog en laag, van en voor alle mensen zonder onderscheid, is een doorslaggevend pre op de Kuyperiaanse houding van Balkenende die de 'kleine Luyden' van zijn grote voorganger wil doen herleven. Het is betreurenswaardig, dat, waar de PvdA alle denkkracht voorradig tracht te mobiliseren, het fundamentele publieke debat tussen de beide denkrichtingen nog niet echt is aangezwengeld.

Daarom, laat Bos het met Balkenende uitvechten in het kabinet en laat de PvdA zich los daarvan versterken en verdiepen!
Related Posts with Thumbnails